Bladluizen zijn kleine, plantenetende insecten. Er zijn groene, witte, zwarte, gele, rode en paarse luizen.
Bladluis (Aphidoidea). Kleine, plantenetende insecten tot maximaal 5 mm. Beschadigen voornamelijk het jonge blad.
De schade door bladluizen bestaat uit het verzwakken van de plant: voor de groei noodzakelijke sappen worden door de luizen weggezogen. Dit veroorzaakt vervormingen van het blad (bobbels, krullen).
Het plantensap bevat meer suikers dan de luizen kunnen opnemen; het teveel wordt in de vorm van honingdauw afgescheiden. Mieren, bijen en wespen zijn er dol op. Op honingdauw ontwikkelt zich een schimmel: roetdauw. Bladluizen brengen bovendien plantenvirussen over.
Vindplaats
Bladluizen kunnen op vrijwel alle groene delen van planten, heesters en bomen voorkomen. Onderstaande planten zijn er extra gevoelig voor.
- Tuinboon – zwarte bonenluis (Aphis fabae)
- Sla
- Spruiten
- Roos
- Bladgroenten
- Boerenjasmijn
Remedie
Bestrijden met natuurpyrethrum, zeepspiritus, zeepsop, rabarbergier of brandnetelgier.
De bladluis bestrijden met de larven van lieveheersbeestjes (Adalia).
Preventie
Natuurlijke vijanden zijn: vogels, lieveheersbeestjes, oorwurmen, sluipwespen en gaasvliegen. Oost-Indische kers (vanggewas) vangt bladluizen weg; aromatische kruiden als citroenkruid, lavendel en afrikaantjes brengen luizen in verwarring.