Plataan, boom uit de plataanfamilie. Verdraagt vervuilde (stads-)lucht goed en kan ongeveer dertig meter hoog worden.
Je bekijkt de voor mobiel aangepaste versie van de pagina.
Die voor tablets, laptop en desktop biedt ook algemene informatie, zoals herkomst, giftigheid en teelt.
Plataan – (Platanus), boom uit de plataanfamilie. Verdraagt vervuilde (stads-)lucht goed en kan ongeveer dertig meter hoog worden.
Platanen laten zich goed snoeien en daarom zijn dakplatanen en leiplatanen populair.
Platanen wortelen diep, hebben een voorkeur voor kalkrijke grond; ze doen het minder goed op arme, droge zandgronden en zware, dichtgeslagen kleigronden. Platanen houden niet van een te hoge grondwaterstand of te zure grond.
Plaaginsect

Vele gangen (mijnen) in het blad: plataanvouwmot.

Wit wollig wasachtig pluis met wasdraden: hydrangea-dopluis. Het pluis is in feite de eierzak van de luis.
Schimmels & ziektes

Houtrot in de takken met het gevolg dat takken afbreken. De aantasting begint aan de bovenkant van de tak, waardoor ontdekking vaak pas (te) laat ontdekt wordt: massariaziekte (Splanchnonema platani).

Zwamvorming op stam: waaiervormige zwam, glanzende oranje/bruine bovenkant. De sporen zijn als cacao-achtige poeder rond de zwam te vinden. De zwam kan op oude, grote bomen een halve meter breed worden: harslakzwam (Ganoderma resinaceum).

Op jonge bladeren en scheuten verschijnen langs de nerven bruine, verdorde plekken. Daarna verdort het hele blad en valt af. Soms ook woekeringen op jonge takken die vervolgens afsterven: bladvlekkenziekte (Discula nervisequa).
Overig

Een harde droge wind kan in het voorjaar het jonge blad van pas aangeplante platanen beschadigen: bruine, verdroogde plekken op het blad. Meestal herstelt de boom in de loop van het seizoen door nieuw blad aan te maken. Niet verwarren met de bladvlekkenziekte: daar verschijnen de bruine, verdroogde plekken langs de bladnerven.